Stimuleren onze steden net als Zurich wooncoöperaties?

Kalkbreite Zurich
04 februari 2020
Consumenten(2.0)- en burgercoöperaties

De Zürichse coöperaties bestaan al honderd jaar en drukken hun stempel op de stad, zegt Anne Malliet van het Team Vlaams Bouwmeester. Ze trok er meermaals heen om het model te bestuderen. Onder meer dit najaar met een groep 50 stakeholders, onder impuls van Cera.

‘Het zit tussen huren en kopen in. Als aandeelhouder breng je een deel van het kapitaal in. Vervolgens huur je tegen een kostprijs, met levenslange woonzekerheid. Er zijn zo’n 250 coöperaties, die ruim 20 procent van de Zürichse woonmarkt bestrijken. De stad trekt dat aandeel nu op tot een derde. Het hele spectrum van de samenleving is coöperant, van sociale huurders tot miljonairs.’

Bron: destandaard.be

‘Het is betaalbaar en ontzorgd wonen’, zegt Malliet. ‘Je hoeft niet wakker te liggen van een renovatie of een goot die lekt. Bovendien is het heel flexibel. Je verhuist afhankelijk van je gezinssituatie.’

‘Voor de stad zijn er veel voordelen’, zegt architecte en stedenbouwkundige Peggy Totté van Architectuurwijzer. ‘Het is een goede formule voor compact wonen. Je krijgt een betaalbaar en kwalitatief woningaanbod, waarmee je de stadsvlucht kunt afremmen. Via de coöperaties kun je ook voorwaarden opleggen over mobiliteit en duurzaamheid.’

Karel Lootens, die twee jaar geleden mee wooncoop uit de grond stampte, ziet ook de diverse voordelen. De woningcoöperatie heeft tien projecten lopen in onder meer Brugge, Hasselt, Herentals, Genk, Leuven en Gent. ‘Tegenover dat speculatieve model zetten wij een alternatief dat wonen niet langer beschouwt als een verhandelbaar product, maar als een recht.’

Het kan wel alleen werken als ook kapitaalkrachtigere mensen meedoen, zegt Lootens. ‘In Zürich kunnen de coöperaties bijna renteloos lenen bij de stad. Wij kunnen dat niet, we rekenen meer op het kapitaal van onze aandeelhouders. Die krijgen korting op de huurprijs in de vorm van een dividend van 4 procent. Wie meer kapitaal inlegt, krijgt dus een grotere korting. Anderen kunnen geleidelijk kapitaal opbouwen. En ook buitenstaanders kunnen aandeelhouder worden, tegen een dividend van 2 procent.’

In Zürich stimuleert de stad het coöperatieve model. Bij ons begeven de steden zich schoorvoetend op het ijs. ‘Zonder steun van de stad zouden de Genossenschaften nooit zo groot geworden zijn’, zegt Totté. ‘Het zou goed zijn mochten ook onze steden gronden en panden ter beschikking stellen.’