Solidariteit in coöperaties

Cera Coop Research

Hoewel 'solidariteit' een van de zes coöperatieve waarden is die ten gronde liggen van de zeven coöperatieve principes, wordt er door verschillende coöperaties toch een andere betekenis aan het begrip gegeven. Voor sommigen is het de (misschien wel wat vage) basis van hun coöperatieve model. Anderen definiëren het concreter, bijvoorbeeld door wederzijdse diensten, het delen van kennis onder de leden, of het schenken van overschotten aan goede doelen.

In het kader van zijn masterthesis bestudeerde Dave Cassimon, begeleid door Stefanie Friedel en prof. Frédéric Dufays (verbonden aan het Kenniscentrum Coöperatief Ondernemen van KU Leuven) of bepaalde organisatiekenmerken vaker gelinkt kunnen worden aan verschillende vormen van solidariteit. Hiervoor werd een literatuurstudie uitgevoerd en aangevuld met een kwalitatieve vergelijkende analyse van interviews afgenomen in 46 Vlaamse landbouw- en voedingscoöperaties.


Welke vormen van solidariteit bestaan er?

Vanuit de wetenschappelijke literatuur en de interviews konden er drie vormen van solidariteit geïdentificeerd worden. Zij onderscheiden zich voornamelijk door wederkerige verwachtingen maar ook door andere factoren zoals vertrouwen. Het is daarbij perfect mogelijk dat de coöperaties meerdere vormen tegelijk vertonen.

  • Rationele solidariteit: hierbij staat wederkerigheid centraal: de coöperatie of het lid verwachten na een solidaire actie op eerder korte termijn iets van ongeveer gelijke waarde terug. Het eigenbelang moet dus steeds gegarandeerd zijn er moet een balans zijn tussen geven en nemen. 

    “Waarom een coöperatie? Je gaat dingen samenleggen, omdat je er gewoon beter van wordt. Door producten in het groot te verkopen, weet je dat je een betere prijs kunt realiseren. En op sommige momenten gaat dat misschien voor uw product net iets meer kosten omdat je op die manier samenwerkt, maar uiteindelijk als je de streep onder de rekening trekt, dan moet je er beter van worden. Dat noem ik solidariteit, dus geven en nemen.” (voorzitter groente- en fruitveiling)

  • Normatieve solidariteit: hierbij speelt het groepsgevoel, dus het emotionele aspect een belangrijke rol. Doordat leden en de coöperatie bepaalde normen en waarden gemeenschappelijk hebben, voelen ze vanuit die verbondenheid een morele ‘plicht’ om solidair met elkaar te zijn. Dit speelt zich vaak af binnen hun eigen netwerk. De verwachting van wederkerigheid is hier minder belangrijk, omdat het aanwezige vertrouwen in elkaar voor meer zekerheid zorgt dat de andere ooit een gunst terug zal doen.

“Ja gewoon, ik denk dat wij doorspekt zijn van solidariteit. […] Ik vind dat de samenwerking gigantisch is bij ons. We overleggen veel, er is ook een open communicatie. Is er iemand minder, dan wordt die opgevangen. We delen ook vreugdes. Ik denk dat dat bij ons echt wel leeft. […] Is er iemand die ziek valt, is er een gaatje ergens in de planning, dat wordt ook rap opgevuld. Of is er materiaal dat moet gehaald worden en dat degene die dat normaal doet, dan niet kan, dan springt er iemand anders in. Er is een enorm fijne samenwerking en je ziet en merkt ook dat dat bij ons spontaan gebeurt maar iedereen heeft daar ook deugd van dat dat zo is. Dat is iets dat gedragen wordt bij ons.” (oprichter consumentencoöperatie)

  • Altruïstische solidariteit: deze vorm gaat nog een stap verder, waarbij de coöperatie en/of haar leden solidaire acties ondernemen zonder enige verwachting van wederkerigheid. Vaak vanuit ethische redenen, empathie en de wil om het welzijn van kansengroepen of de bredere samenleving te verbeteren. Het bijzondere hierbij is dat de begunstigden het eigen netwerk overstijgen en dus zelfs niet gekend moeten zijn.

“Als wij overschotten hebben, proberen we die of zelf te verwerken of… ik ken verschillende ondernemende mensen dus dat zij dat dan verwerken voor daklozen of andere […]. Onlangs hebben we ook opgeroepen in de wintermaanden om spullen in te zamelen voor vluchtelingen.” (oprichter coöperatieve voedingswinkel)

“Solidariteit gebeurt op heel veel vlakken. Er is ook een vzw waar wij een stuk sociaal werk in doen, educatie enzoverder. Het zit daar allemaal in maar ook in alle ecologische aspecten. Dat vormt een soort van solidariteit met toekomstige generaties, met de natuur, met de planeet en met het klimaat. Dat is eigenlijk ook een vorm van solidariteit.”
(oprichter coöperatieve zelfplukboerderij)

Welke organisatiekenmerken zijn bepalend voor solidariteit?

In het kader van de masterproef werd verder onderzocht hoe deze drie vormen van solidariteit zich verhouden tot bepaalde organisatiekenmerken: enerzijds de leeftijd en grootte van de coöperatie, anderzijds de mate van ledenbetrokkenheid (in hoeverre leden participeren in het bestuur, als vrijwilliger meewerken of deelnemen aan sociale activiteiten georganiseerd door de coöperatie). Of er een sfeer van vertrouwen heerst tussen leden en coöperatie maar ook binnen het bestuur. En of de coöperatie al dan niet ingebed is in een open en actief netwerk.

Uit de analyses bleek dat sommige organisatiekenmerken vaker voorkomen bij enkele solidariteitsvormen:

  • Coöperaties die al langer bestaan (voor 2008 opgericht) en grotere ledenaantallen hebben (> 100) én daarbij laag scoren op vertrouwen en ledenbetrokkenheid, blijken solidariteit vooral te benaderen vanuit een rationeel oogpunt.
  • Coöperaties die solidariteit op een normatieve manier beschrijven, beschikken vaak over een grote mate van vertrouwen én voorzien veel opportuniteiten voor leden om te participeren.
  • Coöperaties die solidariteit vooral altruïstisch interpreteren, blijken eveneens over veel vertrouwen en actief participerende leden te beschikken, in combinatie met een open netwerk.

3 leerpunten voor coöperaties: hoe kunnen coöperaties solidariteit stimuleren?

Coöperaties die graag een bepaalde vorm van solidariteit zouden willen versterken, kunnen dus inzetten op bewustwording en de onderliggende dimensies en organisatiekenmerken proberen te versterken. Echter moet er opgemerkt worden dat er naast bewustwording steeds concrete acties nodig zijn: over solidariteit kan je spreken, maar inspanningen om solidariteit te versterken moeten ook steeds samengaan met concrete acties.

  • Voor rationele solidariteit staan het bewaken van wederkerigheid en eigenbelang centraal.
  • Normatieve vormen van solidariteit kunnen bevorderd worden door de sfeer van vertrouwen binnen de coöperatie verbeteren en meer op actieve ledenparticipatie in te zetten.
  • Indien een coöperatie ook altruïstische vormen van solidariteit wil nastreven, kan ze eveneens best inzetten op vertrouwen en ledenbetrokkenheid, maar daarbovenop ook haar relaties uitbouwen met stakeholders uit het bredere netwerk, zoals sociale organisaties, lokale verenigingen of overheden.

Bron: masterthesis Dave Cassimon, begeleid door Stefanie Friedel en prof. Frédéric Dufays (verbonden aan het Kenniscentrum Coöperatief Ondernemen van KU Leuven).
Een meer uitgebreide, Engelstalige versie van deze samenvatting zal verschijnen op de blog van het KCO. Voor meer informatie kan u steeds contact opnemen met doctoraatsonderzoeker Stefanie Friedel: kco@kuleuven.be of stefanie.friedel@kuleuven.be.