Maak je keuze uit deze sessies

Kies uit 4 verschillende sessies rond thema’s die passen bij elke fase in de ontwikkeling van een coöperatie:

  • Inspireren/prestarten
  • Starten
  • Groeien
  • Versterken/verruimen

Detail

Keuzesessie 1 - Hoe kan ondernemerschap van burgers de samenleving veranderen? En welke rol voor lokale overheden? (inspiratie/prestart)

Mobiliteit, energie, zorg, huisvesting, lokale handelskernen, polyvalente ontmoetingsruimten, …
Lokale overheden trachten al deze noden in te vullen voor de inwoners van hun stad, gemeente of dorp. Dit is echter niet altijd vanzelfsprekend.
Coöperaties ontstaan daar waar markt en staat tekortschieten.

  • Hoe kunnen lokale overheden dit ondernemerschap ondersteunen?
  • Welke interventies moet je vermijden? …

Anne-Marie Vangeenberghe, consulent coöperatief ondernemen bij Innovatiesteunpunt, en Bart Palmaers (onder voorbehoud), stafmedewerker economie bij VVSG, illustreren aan de hand van bestaande cases van coöperaties hoe lokale overheden coöperatief ondernemen kunnen ondersteunen.

 

Keuzesessie 2 - Ik ga ondernemen. Welke rechtsvorm moet ik in godsnaam kiezen: ‘to coop or to vzw’? (starten)

Kies ik voor een vzw? Of voor een coöperatieve vennootschap? 
Vele – sociale – ondernemers stonden in het verleden voor de lastige keuze tussen een vzw, een cvba, al dat niet met sociaal oogmerk (vso). Het gewijzigde ondernemingsrecht (1 november 2018) en het nieuwe Wetboek voor vennootschappen en verenigingen (WVV, 1 mei 2019) maken die keuze voor (sociale) ondernemers niet gemakkelijker. Plots is de vzw ook een onderneming en zijn winstgevende activiteiten toegelaten. En volgens sommigen komt de coöperatieve vennootschap (cv) dan weer in het vaarwater van de verenigingen en de stichtingen. Bovendien kun je die cv dan nog eens laten erkennen als ‘sociale onderneming’.

Geraak er maar eens wijs uit … Gelukkig hebben wij twee experten die je in deze sessie op weg helpen om een beslissing te kunnen nemen in deze afweging: ‘to coop or to vzw’?

Marleen Denef  is doctor in de rechten en professor aan de KU Leuven campus Brussel. Tevens is zij bestuurder van het Europees netwerk ESELA, legal network for social impact, auteur van meerdere gespecialiseerde publicaties over sociale ondernemingen en expert in multidisciplinaire projecten of beleidsadvies. Zij is advocaat bij de werkerscoöperatie 'impact advocaten': zij adviseren sociale ondernemingen en mensen die impact willen realiseren. 
Lieve Jacobs is adviseur coöperatief ondernemen bij Cera. Als juriste kent zij de coöperatieve vennootschapsvorm en de vroegere ‘vennootschap met sociaal’ oogmerk door en door. Ze is medeauteur van het ‘Praktijkboek: de vennootschap met sociaal oogmerk.’ (Wolters Kluwer, 2016). Marleen en Lieve zijn ook auteur van ‘Vzw, stichting, ivzw, en coöperatie. GPS 2019: het nieuwe WVV met aangepaste modellen’ (die Keure, 2019).

 

Keuzesessie 3 - Aan de slag met gedeeld leiderschap in je coöperatie (groeien)

Van het oude naar het nieuwe leidinggeven, dat is het thema waar onderzoeker, spreker, begeleider, docent en auteur Koen Marichal door gebeten is.
Meer dan vroeger vraagt leidinggeven aan teams en organisaties adaptief vermogen en dus ook identiteitswerk. 

  • Wie ben ik als leider?
  • Hoe pas ik mij aan aan de context?

Vanuit die vragen slalomt Koen voorbij de eenvoudige recepten en versterkt hij het zelfsturende vermogen van de leidinggevende. Hij brengt ter inspiratie zijn 19 inzichten in leiderschap mee.

Koen Marichal is oprichter en bezieler van het Expertisecentrum Leiderschap van Antwerp Management School. Dit expertisecentrum pioniert sinds 2011 authentiek in gedeeld leiderschap van leiders, teams en organisaties. Als auteur, onderzoeker, spreker, adviseur en lesgever draagt hij bij tot een eigentijdse invulling en ontwikkeling van leiderschap in organisaties en samenleving. De rode draad: de nood aan leiderschapsvernieuwing.

 


Keuzesessie 4 - De betrokkenheid van je vennoten verhogen: hoe doe je dat? (versterken/verruimen)

Ledenbetrokkenheid is ontzettend belangrijk voor coöperaties: het zorgt ervoor dat de leden (vennoten, coöperanten, aandeelhouders) zaken doen (werken, leveren of aankopen) met de coöperatie, investeren in de coöperatie en zeggenschap uitoefenen. Het kan er zelfs toe leiden dat vennoten extra inspanningen leveren.

  • Maar hoe zorg je als bestuurder en/of manager ervoor dat leden betrokken zijn?
  • Wat leren we uit recent onderzoek bij coöperaties uit diverse sectoren om aan de slag te gaan met ledenbetrokkenheid in jouw coöperatie?

Hannes Hollebecq, adviseert vanuit de dienstverlening coöperatief ondernemen van Cera coöperaties rond ledenbetrokkenheid.
Thomas Bauwens, postdoctoraat onderzoeker aan het Copernicus Institute of Sustainable Development van de Universiteit van Utrecht, stelde in zijn onderzoek naar de motivaties om lid te worden van Vlaamse REScoops (burgercoöperaties voor hernieuwbare energie) vast dat de heterogeniteit van de leden grote gevolgen heeft voor de ledenbetrokkenheid.
Eewoud Lievens, doctoraatstudent aan de afdeling ‘bio-economie’ van de KU Leuven, kwam in zijn onderzoek naar de rol van producentenorganisaties in de fruitsector – een soort van ondernemingencoöperaties – tot interessante vaststellingen over ledentevredenheid en -betrokkenheid.
Margot Vingerhoedt, onderzocht in haar proefschrift bij Ecopower, waar ze verantwoordelijk is voor de communicatie, hoe je zeker ook in je (leden)communicatie kunt en moet werken aan ledenbetrokkenheid. We krijgen van haar concrete tips.